AVS en PO-raad: Structurele oplossingen in het onderwijs zijn hard nodig

Corona heeft een enorme invloed op het onderwijs gehad, maar heeft de problemen eerder blootgelegd en verdiept dan veroorzaakt. Het onderwijs had daarvoor al te kampen met drie grote kernproblemen. Dat was ten eerste de dalende onderwijskwaliteit, die zich bijvoorbeeld uit in stagnerende resultaten van taal en rekenen, de basisvaardigheden. Ten tweede een toenemende kansenongelijkheid: waar iemands wieg heeft gestaan is nog steeds van grote invloed op zijn of haar ontwikkelingskansen. Tot slot het personeelstekort, dat niet alleen speelt bij leraren, maar eigenlijk nog sterker bij schoolleiders. De vraag is of er, nu leerlingen weer zoveel mogelijk fysiek naar school gaan, iets verandert in de aanpak van deze problemen. We spraken hierover met Freddy Weima, voorzitter van de PO-Raad, de brancheorganisatie van schoolbesturen in het primair onderwijs, en Petra van Haren, voorzitter van de AVS, de belangenvereniging en vakbond voor schoolleiders in het funderend onderwijs, waarbij ook het voortgezet onderwijs hoort.


NATIONAAL PLAN ONDERWIJS

In april kondigde de overheid het Nationaal Programma Onderwijs aan, een investeringsimpuls van het kabinet van in totaal 8,5 miljard euro, dat in ruim twee jaar moet worden besteed. Het is bedoeld om de negatieve gevolgen van corona op te vangen, om de vertragingen die leerlingen de afgelopen anderhalf jaar hebben opgelopen zoveel mogelijk weg te werken.

Weima is blij met elke impuls, maar heeft vooral behoefte aan structurele ondersteuning. “Voor het primair onderwijs is de investering zo’n drie miljard. Dat is veel, maar twee jaar is zo voorbij. Lastig om daar goed beleid op te maken. Het heeft ook ongewenste neveneffecten. Nu er tijdelijk geld is voor meer personeel wordt de arbeidsmarkt ineens nog krapper dan hij al was, waardoor bepaalde scholen toch niet aan nieuwe krachten kunnen komen. Grote steden bijvoorbeeld, waar het lerarentekort misschien wel het grootst is, houden grote problemen omdat veel kandidaten nu kiezen voor randgemeenten. Daar is de leerlingenpopulatie vaak wat minder ingewikkeld. Bovendien is het lastig in de stad een huis te vinden, of zelfs maar parkeerruimte bij de school. Primair onderwijs is een van de belangrijkste maatschappelijke sectoren in Nederland, waar veel mensen met veel plezier werken. Als daar voldoende structurele middelen voor beschikbaar zijn stimuleert dat de kwaliteit permanent.”

Daarmee is Van Haren het eens. “De impuls is mooi, zeker voor het versterken van gelijke kansen, omdat er relatief meer geld gaat naar scholen met ongelijkheidsproblemen. Maar wij zien liever een duurzame investering dan alleen een impuls. We moeten op de lange termijn de kwaliteit waarborgen. Investeer in de schoolberoepen, maak het aantrekkelijk, trek professionals aan. Zorg ook voor het onderhoud van de gebouwen, waar nog van alles aan mankeert. Onderwijs moet je zien als investering in de toekomst van je land.”


GOEDE SCHOOLLEIDERS ZIJN ESSENTIEEL

Uit onderzoek blijkt een cruciale rol voor schoolleiders, die een goede kwaliteit van onderwijs kunnen creëren met een geïnspireerd lerarenteam. Zij kunnen het onderwijs op orde brengen en zorgen dat het verloop van leraren laag is. Leraren gedijen op een goed georganiseerde school waar ze hun professionele ruimte krijgen, zonder al te grote werkdruk.

“Funderend onderwijs is de basis waarop je een leven bouwt. Kinderen moeten na hun achttiende de maatschappij in kunnen als volwassenen, dat is de taak van onderwijs. Het zorgt dat mensen niet uitvallen en zich ten volle kunnen ontplooien. Je haalt er als maatschappij enorme winst uit. Je kunt onderwijs beter zien als investering dan als kostenpost. Er is geen enkele investering beter.”

Beginnende docenten krijgen er de ruimte om het vak te leren en worden niet meteen voor de leeuwen gegooid. De reden waarom scholen in identieke omstandigheden qua populatie, omvang en soort leerlingen, in kwaliteit vaak enorm verschillen, heeft vooral te maken met hoe mensen op school hun werk kunnen doen.

Weima ziet dat goede schoolleiders leraren stimuleren om het beste uit zichzelf en de leerlingen te halen.

“In een team van professionals moet een goede uitwisseling van kennis en ervaring zijn, en daar speelt de schoolleiding een belangrijke stimulerende rol in. Ze betrekken collega’s actief bij elkaars werk. Onderwijspersoneel moet blijven professionaliseren en blijven leren. Een belangrijke taak van een schoolbestuur is om te zorgen dat er goede schoolleiders zijn. Ik ben wel optimistisch over de ontwikkeling van leiderschap in primair onderwijs. Er zijn veel ervaren bestuurders en ambitieuze schoolleiders bijgekomen de laatste tijd. Een struikelblok is nog de salariëring, die in het basisonderwijs beduidend lager ligt dan in het voortgezet onderwijs, voor soortgelijk werk.”

Volgens Van Haren verdienen schoolleiders in elk geval meer erkenning: “Het is zo’n mooi vak, maar het moet aantrekkelijker worden gemaakt. Het gaat om salaris en waardering, maar ook om professionalisering, profilering en arbeidsomstandigheden. Hoe groot zijn de klassen? Zijn er mogelijkheden voor een schooldirecteur om het docententeam te professionaliseren en een stimulerende werksfeer te scheppen? Door het lerarentekort lukt dat vaak maar nauwelijks. Soms staat de leiding voor de keuze tussen ‘Juf naar school of de kinderen naar school’, als ze leraren de ruimte willen geven om zelf naar school te gaan. Dat is niet uit te leggen.”


TIJDELIJKE LEERKRACHTEN BIEDEN GEEN STRUCTURELE OPLOSSING

Door het structurele leerkrachtentekort dat al jaren speelt, is er inmiddels een particuliere markt ontstaan van zelfstandige leraren die zich via uitzendbureaus tijdelijk aan scholen verbinden, om de ergste nood te lenigen. Ook nemen vraag en aanbod van interim schooldirecteuren schrikbarend toe. Zowel Weima als Van Haren zien deze ontwikkeling als zwaktebod.

Weima heeft er principiële bezwaren tegen: “Onderwijs hoort een publieke zaak te zijn, bekostigd met publieke middelen. Uitzendbureaus zijn een bijeffect van de krappe arbeidsmarkt, maar je zou het niet moeten willen. Er ontstaat concurrentie, waardoor die constructies alleen maar toenemen. Je kunt het scholen feitelijk niet verwijten, die moeten soms kiezen tussen een zzp’er en de klas naar huis sturen, maar de besturen vinden het absoluut niet wenselijk.”

Van Haren ziet het als gecompliceerd probleem: “Invallers zijn nodig, dat is van alle tijden, maar als het werken met losse krachten uit de hand loopt dan is de structuur niet op orde. Het maakt nogal uit of leraren bij een team horen of gewoon voor een paar dagen worden ingevlogen. Zonder vaste schooldirecteur ontbreken al snel koers en visie. Als door marktomstandigheden het team bijna niet meer te handhaven is, dan ben je echt op de verkeerde weg.”


HOOP OP STRUCTURELE VERBETERINGEN

De hoop is natuurlijk dat de structurele ondersteuning er uiteindelijk toch zal komen, vanuit het maatschappelijk besef dat investeringen in fundamenteel onderwijs zich op alle vlakken terugbetalen.

Van Haren: “In een kenniseconomie en netwerksamenleving waarin de onderwijsscores een dalende trend vertonen, kunnen we het ons niet permitteren om niet structureel te investeren. Funderend onderwijs is de basis waarop je een leven bouwt. Kinderen moeten na hun achttiende de maatschappij in kunnen als volwassenen, dat is de taak van onderwijs. Het zorgt dat mensen niet uitvallen en zich ten volle kunnen ontplooien. Je haalt er als maatschappij enorme winst uit. Je kunt onderwijs beter zien als investering dan als kostenpost. Er is geen enkele investering beter.”

Weima: “De PO-Raad heeft een heel simpele missie: samen werken aan goed onderwijs voor ieder kind. Dáár komen we ’s morgens ons bed voor uit. Het besef dat goed onderwijs structureel goed moet worden ondersteund, dringt hopelijk ook bij een volgende regering door.”


Leuk artikel?

Share on Facebook
Share on Twitter
Share on Linkdin
Share on Pinterest

Laat een reactie achter

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.

Gerelateerde Artikelen

Ontvang het laatste nieuws

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

En mis nooit meer een artikel.