In deze tijd van personeelstekorten blijkt duurzame inzetbaarheid van essentiële waarde om personeel aan te trekken en vast te houden. Veel werkgevers hebben daar nog moeite mee. Het vraagt een positieve benadering en aandacht voor de omstandigheden van werknemers en wat er in ze omgaat.
Een blik vol onbenut personeel
“Soms zou het handig zijn om een blik vol onbenut personeel te kunnenopentrekken, of een gouden sleutel te hebben waarmee werknemers in dienst willen blijven in plaats van op te stappen.” Evelien Brouwers, hoogleraar Psychische Gezondheid en Duurzame Inzetbaarheid aan Tilburg University, doet onderzoek naar manieren om in personeel te investeren zodat ze in dienst willen blijven, en zoekt mogelijkheden om nieuw personeel aan te boren. “Er is een groot potentieel aan mensen die uitstekend kunnen werken maar niet worden aangenomen, mede omdat -zoals blijkt uit ons onderzoek- werkgevers niet goed weten hoe ze met ze moeten omgaan.” Het zou mooi zijn als leidinggevenden beter gaan luisteren naar wat hun individuele medewerkers belangrijk vinden en ervoor open staan om dat te faciliteren. Een belangrijke reden waarom dat vaak niet gebeurt is dat er vooroordelen bestaan: mensen met psychische aandoeningen bijvoorbeeld, ook al speelden die alleen maar in het verleden een rol, lopen grote kans gestigmatiseerd en afgewezen te worden. En dat terwijl uit Brouwers’ onderzoek blijkt dat de werkgever in de praktijk vaak prima ervaringen met ze heeft. Het aanpassen van werkomstandigheden zit vaak maar in hele kleine dingen, en is ook een belangrijke factor voor preventie van ziekteverzuim.
Brouwers: “Ik denk dat er aan de kant van de werkgevers een hoop actie mogelijk is om te voorkomen dat zijn mensen uitvallen. We bevinden ons in een transitiefase waarin er vanuit werkgevers meer oog moet komen voor welzijn en gezondheid van het personeel. Dat geldt bijvoorbeeld voor een supermarkt waar met personeelskrapte steeds meer druk op de werknemers wordt gelegd, met als mogelijk gevolg dat er juist meer mensen zullen uitvallen. Het begint met goed luisteren.”
Aandacht voor werkomstandigheden
Een probleem is arbeids-discriminatie; dat werkgevers zich door vooroordelen vaneen achterhaald beeld van werknemers en werkomstandigheden laten leiden. De werkomgeving kan daardoor behoorlijk rigide zijn. “We zitten gelukkig in een transitie en ik denk dat de rigiditeit van arbeidsomstandigheden zal afnemen. Vroeger was het ‘wie betaalt bepaalt’, de werkgever verschafte het werk en het personeel werkte met name voor het inkomen, om in zijn levensonderhoud te kunnen voorzien. Tegenwoordig is de situatie anders: mensen willen zingeving uit hun werk halen en vinden ook andere aspecten van het leven belangrijk.” Werkgevers zouden daar veel meer op moeten inspelen en kijken naar de wensen en behoeftes van hun werknemers, ook op individueel niveau. Dit geldt zeker voor mensen met gezondheidsproblemen, die te maken hebben met pijn, stress, vermoeidheid en beperkte belastbaarheid. Als werkgevers daar geen rekening mee willen houden kunnen deze werknemers niet goed hun werk doen en zullen ze uiteindelijk afhaken. “Het personeelstekort van nu werkt als katalysator: werkgevers moeten wel anders gaan denken, willen ze hun personeel vasthouden. In de zorg bijvoorbeeld heeft altijd de patiënt op de eerste plaats gestaan in het werkproces. Maar het is net als met een zuurstofmasker in het vliegtuig: als de verpleegkundigen zelf geen zuurstof krijgen, dan kunnen ze ook geen hulp verlenen aan een ander. Gelukkig dringt dat besef steeds meer door.” De werkgever moet dus zorgen dat zijn mensen het werk volhouden en het bevrediging blijft geven. Veel mensen uit de verpleegkunde stoppen er tegenwoordig mee, hoewel hun hart bij de zorg blijft liggen. Want waarom moet een verpleegkundige altijd om acht uur ’s ochtends beginnen vooroordelen bestaan: mensen met psychische aandoeningen bijvoorbeeld, ook al speelden die alleen maar in het verleden een rol, lopen grote kans gestigmatiseerd en afgewezen te worden. En dat terwijl uit Brouwers’ onderzoek blijkt dat de werkgever in de praktijk vaak prima ervaringen met ze heeft. Het aanpassen van werkomstandigheden zit vaak maar in hele kleine dingen, en is ook een belangrijke factor voor preventie van ziekteverzuim. bijvoorbeeld, als ze daardoor nooit haar kinderen naar school kan brengen terwijl zij dat heel belangrijk vindt? Daar bestaan heus oplossingen voor, waarom niet. Waar een wil is, is een weg tenslotte.”
Verandering vereist nog aansporingen
Ook in het geval van gezond-heidsklachten gaat dit op. Iemand die bijvoorbeeld door reumaklachten halve dagen gaat werken mist belangrijke vergaderingen als er in de agenda geen rekening mee wordt gehouden, en voelt zich langzamerhand op een zijspoor gerangeerd. “Denken werkgevers wel voldoende na hierover? Dat het werk zo wordt ingericht dat iedereen het met plezier volhoudt. Iedereen is verschillend en heeft eigen behoeftes. Het vergt flexibiliteit en aandacht. De veranderingen zijn in volle gang maar er is nog heel wat aansporing nodig, want de transitie vergt een heel andere mindset. Gelukkig merk ik wel toenemende interesse van werkgevers voor deze problematiek. Misschien noodgedwongen, want als ze niet veranderen en flexibeler meedenken raken ze hun personeel kwijt, dus ze moeten wel.”